Home   /   Hondenrassen

Leonberger

Laatste update: 15 mei 2022
leonberger

De Leonberger is de imposante huisleeuw van Duitsland. Dit prachtige ras heeft zijn roem niet alleen te danken aan zijn bijzondere uiterlijk, met de typische manen en zandgele leeuwenkleur. Ook zijn karakter is hem vooruit gesneld.

Een onverschrokken waker, maar tegelijkertijd zachtmoedig en verdraagzaam. Dit ras kan dan ook uitstekend met andere huisdieren en kinderen. De Leonberger maakt zich niet snel druk, maar kan ook op zijn strepen gaan staan.

Daarom zijn er een aantal belangrijke aandachtspunten voor de opvoeding. Ook zijn gezondheid is iets om rekening mee te houden.

Lees hier alles over de Leo, die ook onze Nederlandse harten heeft veroverd.

Achtergrond

De oorsprong van de Leonberger vinden we in Duitsland. In Schwaben, om precies te zijn, één van de vijf deelstaten waarin Duitsland onderverdeeld was in de 19e eeuw. Hier stond het ras bekend om zijn bijzondere uiterlijk, moed en tegelijkertijd zeer vriendelijke inborst.

Het grootste deel van de rasgeschiedenis hult zich in vraagtekens. Mogelijk staat de hertog Heinrich Essen aan de wieg van deze bijzondere hond. Hij had allerlei soorten dieren thuis en kruiste de Sint Bernard, Pyrenese Berghond en New Foundlander om een leeuwachtige type te creëren.

Deze heer Essen leefde in het plaatsje Leonberg, waar het ras de naam aan ontleend. Vermoed wordt, dat de honden zich hier sinds het jaar 1846 manifesteerden.

Al snel werd de Leonberger populair, met name onder de adel. Zo had keizerin Elisabeth (Sissi) van Oostenrijk wel zeven Leonbergers, maar ook componist Richard Wagner en het hof van de Russische Czaar waren liefhebber.

In 1962 kwamen de eerste Leonbergers naar Nederland. Immens populair, zoals bijvoorbeeld de Dalmatiër, is dit ras nooit geweest. Daarom is de populatie relatief klein. Momenteel zijn er zo’n 1600 exemplaren in Nederland.

Uiterlijke kenmerken

Volgens de rasstandaard is de Leonberger een grote, krachtige doch elegante hond. Hij is zelfverzekerd met een levendig temperament.

De kop is meer diep dan breed met een even lange voorsnuit als schedel. De ogen zijn middelgroot en ovaal gevormd, met een donkerbruine kleur. De oren zijn driehoekvormig en worden hangend gedragen.

De hals is licht gebogen en mag iets langer zijn om een gedrongen indruk te voorkomen. De borst is breed en diep, bij voorkeur ovaal gevormd. De rug is recht en breed, met een tamelijk lange, brede croupe.

De staart is zeer dik behaard en hangt in rust recht naar beneden, met een lichte opwaartse beweging aan de uiterste punt. Bij activiteit wordt deze iets hoger gehouden, echter nooit boven de ruglijn uit.

De vacht heeft een middelzachte tot stugge structuur, met een dikke, rijke ondervacht en sluik, soms ietwat golvend dekhaar. Rond de hals en borst is een manenkraag aanwezig, hiernaast zijn de voor- en achterbenen flink bevederd.

De vachtkleuren zijn geel, rood, roodbruin, zandkleurig en combinaties hiervan. Het gezicht heeft altijd een zwart masker. Zwart en lichte haarpunten zijn toegestaan zolang ze niet de basiskleur omvatten of de initiële kleuren verstoren.

Reuen zijn groot, met 72 tot 80 centimeter aan de schoft. Ze wegen tussen de 48 en 75 kilo. Teven zijn iets kleiner met 65 tot 75 centimeter en 41 tot 59 kilo. De Leonberger wordt zo’n 8 à 9 jaar oud.

Karakter

Ondanks zijn uitmuntende kwaliteit als waker, staat de Leonberger bekend om zijn rust en kalmte. Deze kolos maakt zich niet snel druk, maar is onbevreesd en imponerend als het moet. Angst of agressie komt niet snel voor.

Dit ras is erg goed in de omgang met andere huisdieren en kinderen. Ze zijn liefdevol, speels maar oplettend. Laat echter kinderen nooit met een hond alleen, een ongeluk zit in een klein hoekje.

Als huishond komt de Leonberger dan ook goed naar voren. Hij vindt het heerlijk om bij zijn gezin te zijn en houdt altijd een oogje in het zeil. Buitenshuis houden ze wel van een spelletje en zijn verzot op water.

Verzorging en gezondheid

De dikke, lange vacht van dit ras kent redelijk veel onderhoud. Voor een schone vacht en gezonde huid, is het belangrijk de hond dagelijks te kammen. Hierdoor krijgen klitten en vuil geen kans.

Tweemaal per jaar komt de ondervacht los, in een periode die we de ‘rui‘ noemen. Hierbij komt ontzettend veel haar vrij, dat het beste met een herdersharkje of door middel van ‘plukken’ verwijderd kan worden.

De gezondheid van de Leonberger kent een aantal belangrijke aandachtspunten.

Allereerst zien we regelmatig de Ziekte van Addison. Door deze zeldzame auto-immuun ziekte vindt onvoldoende hormoonproductie vanuit de bijnier plaats. Vervolgens valt het immuunsysteem de bijnier aan. Mits op tijd gediagnosticeerd valt deze ziekte te behandelen.

Hiernaast komt Hypothyroïdie (trage schildklier) voor. Dit wordt veroorzaakt door een tekort aan schildklierhormonen. Hierbij krijgt de hond een vettige, doffe vacht en kale plekken, soms gepaard met jeuk. Een bloedonderzoek kan dit probleem vaststellen.

Een rastypisch probleem is Leonberger polyneuropathie, wat vooral bij reuen voorkomt. Dit is een neurologische aandoening, waarbij de zenuwen in het strottenhoofd, de slokdarm en de achterpoten aangetast zijn. Zo krijgt de hond het benauwd en kan niet goed meer bewegen. Hiervoor bestaat geen behandeling.

Omdat de Leonberger zo groot wordt, is Enostosis (groeipijn) een bekend probleem. De jonge hond groeit zoveel binnen korte tijd, dat de druk op de botten en spieren te hoog wordt. Dit veroorzaakt veel pijn. Vaak is groeipijn op 1,5 -jarige leeftijd weer voorbij, maar tot die tijd moet de hond goede pijnstilling krijgen.

Ook Dilaterende cardiomyopathie (DCM) komt voor. Dit houdt in dat de spieren van het hart verzwakken, waardoor deze niet voldoende meer kan samentrekken. Deze spierverzwakking is helaas onomkeerbaar.

Hiernaast wordt Osteosarcoom (botkanker) vaak bij oudere honden van dit ras geconstateerd. Dit vindt plaats als een tumor, die vaak uitzaait naar de longen.

Door de grootte en het gewicht van dit ras, staan de gewrichten onder grote druk. Hierdoor zien we geregeld artritis voorkomen. Dit is een (meestal chronische) ontsteking aan de gewrichten. Vaak wordt er ontstekingsvocht in plaats van gewrichtsvocht gevormd, waardoor er slijtage plaatsvindt. Dit is een zeer pijnlijk proces, geregeld heeft het dier koorts of verhoging door de infectie.

Om deze reden is ook de kans op Heup- en elleboogdysplasie verhoogd aanwezig. Dit is een erfelijk belaste aandoening, waarbij de onderdelen in het gewricht niet goed op elkaar aansluiten. Daardoor kan er in rap tempo slijtage plaatsvinden, wat veel pijn veroorzaakt.

Ook de ogen blijven niet gespaard. We zien dan ook geregeld Entropion, waarbij het buitenste ooglid naar binnen krult. Dit irriteert het oog, waardoor er irritatie en schade kan optreden.

Ectropion komt ook regelmatig voor, wat juist het naar binnen krullen van de wimperrand inhoudt. Hierdoor wordt de oogbal geïrriteerd met chronische ontsteking en schade als gevolg. Dit kan operatief gecorrigeerd worden door de dierenarts.

Opvoeding

leonberger pup

Vanuit hun kalme inborst heeft de Leonberger een flinke dosis zelfverzekerdheid en gelijkmatigheid. Ze zijn verdraagzaam naar hun omgeving, wat voortkomt uit een zekere soevereiniteit die ze over zich heen hebben.

Daarom zul je aan dit ras geen slaafse volger hebben, al zijn ze erg baasgericht en pienter. Ze vinden het fijn om samen te werken en kunnen in de basis goed luisteren, maar hebben hier geen ontzettende haast mee.

Om deze reden is het belangrijk een duidelijke opvoeding neer te zetten, waarin je liefdevol maar consequent bent tegen deze zelfstandige beer. Juist door zijn grootte is het belangrijk hem goed onder appel te hebben.

Ook dient zijn waakzaamheid hierbij in toom gehouden te worden. Toch is de opvoeding een proces waarbij veel oog voor het karakter van de hond moet zijn. Zo bloeien ze op als individu, met liefde en respect voor hun baasjes.

Beweging

Weer of geen weer, de Leonberger heeft wel zin in een flinke wandeling. Verwacht geen kilometers op topsnelheid, maar op zijn eigen manier kan dit ras erg energiek zijn. Spelletjes en ravotten vinden ze dan ook erg leuk.

Maar de omgeving verkennen is nog leuker! Om deze reden is voldoende aandacht voor het appel belangrijk. Zo blijven voorbijkomende fietsers en hardlopers ongedeerd.

En niet te vergeten: zwemmen. Al is het wat minder praktisch voor het baasje, met de enorm dikke vacht van dit ras, het water lonkt!

Pas met activiteit op met wilde spelletjes, scherpe bochten en mulle ondergrond. Wanneer er teveel druk komt op de gewrichten kan dit blessures in de kaart spelen.