De ziekte van Lyme bij de hond

Laatste update: 3 juli 2019
ziekte van lyme hond

De ziekte van Lyme wordt bij onze honden steeds vaker gezien. Deze aandoening brengt vervelende symptomen met zich mee die een vaag ziektebeeld vormen.

Daarom voelt de hond zich wel ziek, maar wordt een diagnose niet binnen mum van tijd gesteld.

Hoe krijgt je hond de ziekte van Lyme?

En wat kun je eraan doen om dit te voorkomen?

In dit artikel vertellen we je alles over de symptomen, behandeling en bescherming tegen de ziekte van Lyme.

Kan mijn hond de ziekte van Lyme krijgen?

Honden zijn, net zoals hun menselijke baasjes, gevoelig voor het oplopen van de ziekte van Lyme.

Deze aandoening wordt de laatste jaren in toenemende mate gezien. We kunnen namelijk steeds beter diagnosticeren vanuit het bloedbeeld. Maar er zijn ook steeds meer besmette teken in ons land.

Deze ziekte wordt namelijk wordt verspreid door de teek. De kleine parasiet bijt zich vast in de huid van zijn prooi, om zich aan het bloed tegoed te doen.

De ziekte wordt echter veroorzaakt door de bacterie Borrelia burgdorferi en wordt ook wel ‘Borreliose’ genoemd. Vooral wilde dieren zoals vogels, muizen, maar ook herten en zwijnen zijn besmet met deze Borrelia-bacterie.

De teek raakt door het opgenomen bloed geïnfecteerd, maar krijgt geen symptomen. Wel kan hij de ziekte op zijn andere prooien overbrengen.

Wanneer de teek ons of onze hond bijt, laat hij wat speeksel in de bloedbaan lopen. Dit verdunt het bloed een beetje, zodat hij het makkelijker op kan nemen.

Maar juist in dit speeksel komt die nare bacterie voor.

Hierdoor kan een tekenbeet tot de ziekte van Lyme leiden. Vooral de teek Ixodus ricinus is hierbij de boosdoener. In hun populatie is zo’n 20 tot 40% besmet met de bacterie.

De naam ‘Lyme’, komt van het gelijknamige plaatsje in de Amerikaanse staat Connecticut. Hier was in 1975 een enorme uitbraak van de ziekte.

In Nederland zijn vooral de Hoge Veluwe en omgeving Ede risicogebieden. Vooral dichtbegroeide gebieden, zoals bos, heide of duinen zijn plekken waar je veel teken vindt.

Ziekte van Lyme symptomen

Over het algemeen vertoont maar 5 tot 10% van de besmette honden symptomen, wanneer ze de ziekte van Lyme hebben opgelopen. Hiernaast moet een teek minimaal 24 uur aan zijn prooi vast blijven zitten om deze te kunnen besmetten.

De ziekte van Lyme geeft over het algemeen de volgende symptomen bij de hond:

  • Ademhalingsproblemen
  • Algehele gevoeligheid bij aanraking
  • Apathie (emotieloosheid)
  • Koorts
  • Kreupelheid (gewrichtsontstekingen) op wisselende locaties
  • Lethargie (slaapzucht)
  • Lusteloosheid
  • Nierschade
  • Verminderde eetlust
  • Uitdroging
  • Zwelling van de lymfeklieren

Bij mensen zien we vaak neurologische klachten als gevolg van de ziekte van Lyme. Bij honden komt dit echter zelden voor, net als de ontwikkeling van hartritmestoornissen.

Het nare met de ziekte van Lyme is, dat de klachten nogal vaag van aard zijn. Hiernaast komen ze overeen met ziektebeelden van veel andere aandoeningen.

Ook kunnen de symptomen lang sluimeren. Ze steken dan maanden of zelfs jaren na de besmetting de kop pas op.

Ook is een tekenbeet, na het loslaten van de teek, bij honden niet gemakkelijk te herkennen. Ten eerste komt de ‘rode ring’ die op de mensenhuid te zien is niet altijd voor bij honden. Ten tweede is de vacht hiervoor een belemmerende factor.

Soms vormt zich een bultje op de huid, wat echter niet betekent dat de hond besmet is geraakt.

Ziekte van Lyme behandeling

Om de juiste diagnose te stellen dient de eigenaar de dierenarts van zoveel mogelijk specifieke informatie te voorzien. Van de klachten, maar ook van de algemene activiteiten en bescherming (tekendruppels, ontworming en vaccinatie) van het dier.

De dierenarts zal de klachten, de informatie van de eigenaar en herhaald bloedonderzoek gebruiken om een diagnose te kunnen stellen.

Vaak wordt vlak na de besmetting nog geen specifiek antilichaam waargenomen in het bloed. Vandaar dat het bloedbeeld meerdere malen bekeken moet worden.

Ook neemt bij duidelijke kreupelheidsklachten de dierenarts soms röntgenfoto’s, om andere oorzaken van gewrichtsproblemen uit te kunnen sluiten.

Hiernaast kunnen meerdere testen, zoals urine en ontlasting onderzoeken, meer licht schijnen op het vage ziektebeeld.

De ziekte van Lyme wordt bestreden met antibiotica, wat binnen 2 tot 5 dagen effect zal tonen op klachten zoals gewrichtsontsteking. De behandeling zelf duurt ca. 4 weken, in sommige (ernstige) gevallen langer.

Heeft de hond lang onbehandeld met de besmetting gelopen, dan kunnen de klachten chronisch worden. Dit komt vaak door onherstelbare schade in het weefsel of de organen.

Ook kan het zijn dat de bacterie verminderd wordt door de kuur, maar niet verwijderd. Wanneer de hond een lage weerstand heeft, zal hij vervolgens verhoogde kans op terugkeer van de klachten hebben.

Voorkomen van de ziekte van Lyme

Bij honden kan de ziekte van Lyme het best voorkomen worden door de preventie van tekenbeten. Dit is de enige manier waarop deze aandoening verspreid wordt.

Besmetting van hond op hond, of hond op mens is niet mogelijk.

Daarom zijn er pipetjes met druppels op de markt die de hond beschermen tegen tekenbeten.

Schaf deze altijd aan via de dierenarts of een diergerelateerde winkelketen. Er zijn meerdere dodelijke gevallen bekend van middelen die door onkundige, ongerelateerde ketens verkocht worden.

Ook moet de hond dagelijks gecontroleerd worden op teken tussen de vacht.

Koop altijd het anti tekenmiddel bij de dierenarts of gespecialiseerde, diergerelateerde winkels. Helaas zijn er geregeld sterfgevallen door middelen van ongerelateerde, onkundige winkelketens.

Teken dienen verwijderd te worden met een tekentang of pincet. Dit moet beheerst en met een draaiende beweging gebeuren. Het belangrijkste is namelijk, dat de piepkleine kop die in de huid vastzit meekomt.

Gebruikt nooit alcohol om de teek te ‘ontsmetten’. Dit is een verouderde tactiek en een fabel.

De teek wordt ziek van de alcohol, waardoor hij meer speeksel zal uitscheiden. Hierdoor wordt de kans op besmetting met de Borrelia-bacterie verhoogd.

Ontsmetten na verwijdering van de teek geeft geen risico.