Hond vaccineren: wanneer en waarom je hond inenten?

Laatste update: 2 juli 2019
hond vaccineren

Je hond vaccineren kan zijn leven redden.

Op tijd vaccineren biedt namelijk bescherming tegen allerlei ziekten.

Dit is belangrijk bij zowel jonge als oudere honden.

Maar welke vaccinaties zijn eigenlijk onmisbaar voor je hond?

En wanneer mag je beginnen met vaccineren?

In dit artikel vertellen we je alles over hondenvaccinaties!

Hond vaccineren

Je hond vaccineren is niet van alle tijden. Vaccineren werd pas in de 18e eeuw uitgevonden en vooral bij mensen en vee toegepast.

Helaas bestaan besmettelijke ziekten in allerlei vormen en maten. Van verkoudheid en griep, tot levensbedreigende virussen en infecties. Vroeger gingen hier veel mensen, maar ook huisdieren aan dood.

Tegenwoordig kunnen we onze hond vaccineren, wat onmisbare bescherming biedt. Hierdoor wordt het immuunsysteem klaargestoomd om een bepaalde infectie te bestrijden. En dit, zonder dat je hond deze infectie echt opgelopen heeft!

Maar wat is een vaccinatie eigenlijk?

Wat houdt je hond vaccineren in?

Met vaccineren wordt de hond ingespoten met een inactief of onschadelijk deel van de ziekteverwekker. De cellen in het immuunsysteem worden geactiveerd, waardoor het lichaam zich wapent tegen de infectie. Het fascinerende hiervan is dat het lichaam van dit eerste contact leert.

Met een hond vaccineren laat je het eerste contact met een ziekteverwekker gecontroleerd verlopen. Loopt je hond het originele virus vervolgens op, dan is de kans op schade kleiner en op overleving veel groter.

Dit is ongelooflijk belangrijk: sommige virussen kunnen namelijk bij het eerste contact het lichaam onherstelbaar beschadigen.

Een vaccinatie beschermt de hond hiervoor, mits de hond het middel op tijd toegediend krijgt. Ook moeten sommige vaccinaties herhaald worden, omdat ze verlopen of in verschillende stadia het lichaam voorbereiden.

Maar tegen welke ziekteverwekkers moet je hond beschermd worden?

Belangrijke hondenvaccinaties voor de pup

Dat je hond vaccineren tegen elk denkbare ziekte een goede strategie is, blijft een fabeltje. Het vaccineren van je hond is maatwerk. Welke inentingen heeft hij écht nodig, en wanneer?

Het is belangrijk dat je hond als pup voor de volgende ziekteverwekkers gevaccineerd wordt:

  • Hondenziekte (Canine Distemper, ziekte van Carré) in de 6e, 12e en 52e levensweek.
  • Parvovirus in de 6e, 9e, 12e en 52e levensweek.
  • Ziekte van Weil (Leptospirose) in de 9e, 12e en 52e levensweek.
  • Besmettelijke leverziekte (Hepatitis Contagiosium Canis) in de 6e (eventueel), 12e en 52e levensweek.

Dat zijn een hoop prikken voor een pup, zul je denken! Dat een pup zo vaak gevaccineerd moet worden, heeft met de volgende drie punten te maken.

Ten eerste krijgt de pup zijn eerste bescherming via de moedermelk, dat het vaccin kan hinderen. Ten tweede is het immuunsysteem van de pup nog niet volledig ontwikkeld, en heeft dus extra hulp nodig.

Als derde zijn deze specifieke vaccinaties simpelweg niet succesvol genoeg om na 1 dosis volledige bescherming te bieden. Het lichaam heeft tijd en oefening nodig, het vaccin herhalen helpt hierbij.

Belangrijke hondenvaccinaties voor volwassen hond

Na de vaccinaties in het eerste levensjaar moet de hond geregeld een herhaalvaccin krijgen. Dit voorkomt dat het afweersysteem de ziekteverwekker vergeet en de hond weer gevaar loopt.

De vaccins tegen Hondenziekte, Parvo en besmettelijke leverziekte moeten iedere 3 jaar herhaald worden. Voor de ziekte van Weil moet jaarlijks een nieuw vaccin gehaald worden.

Zorg er ook voor dat je hond altijd op tijd ontwormd is. Onderzoek heeft namelijk aangetoond dat het immuunsysteem de hond minder goed beschermt na een vaccin tijdens een worminfectie.

Hond vaccineren voor het buitenland

Je hond vaccineren voordat je samen naar het buitenland vertrekt, is cruciaal. Het is verplicht je hond tenminste 21 dagen voor vertrek te laten enten tegen hondsdolheid (Rabiës). Per land gelden andere regels, dus lees je goed in!

Komt je hond met veel andere honden in aanraking, zoals in een pension, op cursus of keuringen? Dan is het raadzaam te enten voor kennelhoest. Dit geeft men door middel van een neusdruppel, waardoor de slijmvliezen extra beschermd zijn.

Nazorg hond bij vaccinaties

Je hond vaccineren is niet geheel zonder risico’s. Sommige vaccinaties hebben bijwerkingen, al komen ernstige varianten zelden voor.

Welke bijwerkingen een hond kan ondervinden, hangt sterk samen met welke inenting hij gehad heeft. Over het algemeen kan de hond wat stijfheid, lichte koorts, verkoudheid verschijnselen en zwelling of ontsteking op de plek van enting ondervinden.

Maar je hond kan ook allergisch zijn voor bepaalde stoffen in het vaccin. Hier kom je van tevoren maar moeilijk achter. Laat je daarom ook goed informeren over het vaccin en het specifieke nut ervan.

Het kan ook voorkomen dat het vaccin niet aanslaat: als het immuunsysteem van de hond onderdrukt is bijvoorbeeld. Daarom is het raadzaam de hond niet te vaccineren wanneer hij ziek is of een chronische aandoening heeft; het lichaam is vooral daar druk mee.

Twijfel je over de toegevoegde waarde van een bepaald vaccin? Overleg dit dan altijd met je dierenarts. Zij kunnen de situatie met je bespreken en adviseren welke prikken je hond wel, en niet nodig heeft.