De Havanezer is een zeldzaam gezicht in Nederland, maar wint steeds meer aan populariteit. De golvende, zachte vacht en het eeuwig opgewekte humeur van deze olijke hondjes maakt ze al eeuwenlang geliefd door allerlei volkeren.
Mogelijk werden ze zelfs door de Italiaanse scheepsvaarders als bijzonder cadeau aan Cubaanse handelsrelaties gegeven.
Want heb je een Havanezer in huis, dan schijnt de zon. Ze zitten boordevol grapjes en zijn het liefst altijd bij je. Door hun intelligentie en baasgerichtheid zijn ze verdraagzaam en relatief gemakkelijk op te voeden.
Meer weten over deze gezellige clown? Lees hier alles over de Havanezer.
Achtergrond
De Havanezer is vernoemd naar de hoofdstad van Cuba, Havana. Hier heeft het ras zich ontwikkeld tot het zachte, vriendelijke hondje van nu. Maar de oorsprong ligt veel verder terug in de geschiedenis.
Al in de eeuwen voor onze jaartelling begon, waren er soortgelijke hondjes ter vermaak van de adel in het West Middelandse Zeegebied. Zo zijn er bronnen die het hondje in het vroege Egypte en Griekenland plaatsen. Deze metingen gaan terug tot wel 600 jaar voor Christus.
De witte, olijke gezelschapshondjes zijn onderdeel van de Bichon-familie, waartoe ook honden zoals de Bichon Frisé, Bichon Maltais (Maltezer), Bichon Bolognese (Bolognezer) en Coton de Tuléar behoren.
Het ras wordt dan ook wel Bichon Havanais genoemd.
Uitsluitend door de adel gehouden, waren deze hondjes zuiver gefokt op talenten in plezier en vermaak. Er zijn nog veel vraagtekens over de precieze herkomst van dit zeldzame ras. Mogelijk is de Havanezer uit het antieke hondje uit de Oudheid ontstaan, door een kruising van Italiaanse Bichon-hondjes met Zuid-Amerikaanse poedels.
De theorie waar men echter nu vanuit gaat, is van Cuba zelf afkomstig. De hondjes werden op schepen van Italiaanse handelaren gefokt en cadeau gedaan aan de rijke Cubaanse gemeenschap. Zo werden belangrijke handelsrelaties opgebouwd en werden de honden in allerlei opvallende vachtvariëteiten gefokt.
De populariteit nam echter richting de 20e eeuw steeds meer af. De Cubaanse revolutie van 1959 maakte bijna korte metten met het ras. Enkele honden werden gered, waarna het echtpaar Goodale in de jaren ’70 het ras begon te herstellen.
In 1997 kwamen de eerste Havanezers naar Nederland. Het is nog steeds een relatief zeldzaam ras, maar wordt steeds populairder in Europa en Noord-Amerika.
Uiterlijke kenmerken
Volgens de rasstandaard is de Havanezer een stevig, klein hondenras. Ze staan laag op de benen en worden gekenmerkt door overvloedige, golvende vacht en een levendige houding.
De kop is breed en vrij vlak, met een geleidelijk versmallende voorsnuit. De ogen zijn redelijk groot en amandelvormig, met een donkere kleur. De oren zijn hoog aangezet en worden hangend gedragen.
De hals is gemiddeld lang, welke uitloopt in een rechte rug en goed gewelfde borst. De achterhand is merkbaar afhellend, waarbij de staart hoog gedragen wordt. Bij voorkeur hangt deze gekruld over de rug.
De Havanezer heeft weinig tot geen ondervacht, maar een lange, gegolfde en zachte bovenvacht van 12 tot 18 cm lang. De vachtkleur is beige tot roodachtig in allerlei schakeringen, maar ook zwart, havannabruin, tabaks- en roodbruin komt voor. Hierbij zijn gekleurde platen in de vacht toegestaan, geheel wit is echter zeer zeldzaam.
De Havanezer wordt zo’n 23 tot 27 centimeter aan de schoft en weegt tussen de 4,5 en 7 kilo. Ze worden zo tussen de 13 en 15 jaar oud.
Karakter
Als gezelschapshondje pur sang is de Havanezer een echt mensenhondje. Ze zijn aanhankelijk, zachtaardig en willen het liefst zoveel mogelijk bij je zijn. Daarom komen ze vaak goed tot hun recht in een gezin, waar bijna altijd iemand thuis is voor hen.
Door zijn mensgerichtheid is dit een gevoelig hondje, zonder opdringerig of neurotisch te zijn. Ze hebben een sterk gevoel voor je stemming, waardoor ze je opvrolijken, troosten en je blije buien meevieren!
Het opgewekte humeur van de Havanezer werkt aanstekelijk, waardoor ze goed met kinderen en andere huisdieren kunnen. Spelen kunnen ze eindeloos, als ze maar aandacht krijgen.
Door hun gevoelige aard en zachtaardigheid, wordt dit ras ook wel ingezet als therapiehond.
Verzorging en gezondheid
De lange, zijdeachtige haren van de Havanezer hebben regelmatige verzorging nodig. Voor het beste resultaat, zul je de vacht dagelijks moeten verlossen van klitten en vuil. Daar tegenover staat echter, dat dit ras amper verhaart en bijna geheel reukloos is.
Volgens de rasstandaard is elke vorm van trimmen bij de vacht verboden, Wel mogen de voetjes bijgeknipt en lange haren die het zicht belemmeren ingekort worden. Begin de vachtverzorging met doorborstelen en uitpluizen met je vingers, waarna de naverzorging met een grove kam uitgevoerd kan worden.
Helaas kent het ras enkele belangrijke gezondheidsproblemen.
Een belangrijke aandoening is de Portosystemische shunt, ook wel ‘levershunt’ genoemd. Hierbij blijft tijdens de lichaamsontwikkeling een belangrijk bloedvat dicht. Dit vervoert normaliter bloed naar de lever, om afvalstoffen weg te kunnen filteren. Blijft deze gesloten, dan vergiftigt de pup zichzelf.
Hartruis komt ook voor bij dit ras. Vaak wordt dit veroorzaakt door een aangetaste mitralisklep, die tussen de linkerkamer en linkerboezem in ligt. Hierdoor ontstaat lekkage in het hart.
Ook zien we verhoogde kans op de ziekte van Legg-Calvé-Perthes, een aandoening in de bloedtoevoer naar de nek en heupkop. Hierdoor degenereert de kop van het dijbeen in korte tijd en sterft af. Het gewricht raakt ontstoken en de gemaakte schade is onomkeerbaar.
Hiernaast komt Patella luxatie regelmatig voor. Dit wordt ook wel ‘losse knieschijven’ genoemd. Hierbij schiet de knieschijf uit de knieholte, waardoor de hond mank gaat lopen en pijn heeft. Soms moet de knieschijf door de dierenarts teruggezet worden op de juiste plek.
Ook Elleboog- en heupdysplasie is een veel gezien probleem. Dit is een erfelijk belaste aandoening, waarbij de onderdelen in het gewricht niet goed op elkaar aansluiten. Daardoor kan er in rap tempo slijtage plaatsvinden, wat veel pijn veroorzaakt.
De ogen blijven ook niet ongeschonden. Geregeld zien we cataract (grauwe staar) ontstaan bij jeugdige honden. Dit is een oogziekte waarbij de lens vertroebelt en de hond uiteindelijk helemaal blind wordt.
Hiernaast zien we geregeld progressieve retina atrofie (PRA). Hierbij verslechtert het netvlies van het oog. De hond wordt eerst nachtblind, waarna hij langzaamaan helemaal blind wordt. Dit proces is helaas onomkeerbaar.
Ook heeft dit ras aanleg voor verstopte traanbuisjes, waardoor de ogen traanvocht lekken.
Opvoeding
De Havanezer is een pienter, intelligent hondje. Het ras heeft een grote drang om het baasje te behagen, waardoor ze je wensen snel oppikken. Om deze reden zijn ze relatief gemakkelijk op te voeren.
Alleen zijn vindt dit vrolijke knuffelaartje maar niets. Met wat rust en geduld kunnen ze leren om enkele uurtjes zichzelf te vermaken. Maar een hele werkdag van het baasje alleen? Daar worden ze heel ongelukkig van.
Door zijn gevoelige en aandachtige inborst, is het overbodig om ongewenst gedrag hard aan te pakken. Een streng woord is voldoende om je ongenoegen te laten blijken, meer heeft je kleine vriendje niet nodig.
Samen trucjes en spelletjes doen pikt het ras hierdoor ook goed op. Door de aandacht en samenwerking die ze hierdoor krijgen, zullen ze het gevraagde met veel overtuiging herhalen. Deze grapjes kunnen ze ook inzetten als ze het gevraagde toch liever niet willen doen.
En houd dan je gezicht maar eens in de plooi!
Beweging
Met hun levendige instelling en sterke baasgerichtheid, doen Havanezers het goed in de hondensport. Ze scoren hoog bij Gehoorzaamheid- en gedragscursussen, maar ook in de Behendigheid komen ze overtuigend mee.
Ondanks hun achtergrond als knuffelhondje, kunnen ze de hele dag ravotten en gek doen. Ze hebben dan ook een opvallend uithoudingsvermogen! Je kunt daarom lekker lang met ze wandelen, maar ook actieve sporten zoals flyball, doggy dancing en frisbee met ze spelen.